● Muur-tot-muur meting
Plaats het meetwiel op de grond, met de achterkant van het wiel tegen de muur. Beweeg in een rechte lijn naar de volgende muur. Stop het wiel tegen de muur. Noteer de aflezing op de teller. Deze aflezing moet nu worden opgeteld bij de diameter van het wiel.
● Muur-tot-puntmeting
Plaats het meetwiel op de grond met de achterkant van het wiel tegen de muur. Beweeg in een rechte lijn naar het eindpunt. Stop het wiel met het laagste punt boven het doel. Noteer de aflezing op de teller. De aflezing moet nu worden opgeteld bij de aflezing van het wiel.
● Punt-tot-punt-meting
Plaats het meetwiel op het startpunt van de meting met het laagste punt van het wiel op de markering. Ga aan het einde van de meting verder naar de volgende markering. Noteer de meting op de teller. Dit is de laatste meting tussen de twee punten.