RJ45 krimptang
| Technische specificaties | |
| Toepasselijke kabeltypen: | CAT5/5e/6/6a UTP en STP |
| Connectortypen: | 6P2C (RJ11) 6P6C (RJ12) 8P8C (RJ45) |
| Afmetingen B x D x H (inch) | 2,375 x 1,00 x 7,875 |
| Materialen | Volledig stalen constructie |
De correcte bedradingsschema's voor de CATx-kabel zijn de standaard EIA/TIA 568A en 568B.
1. Knip de CATx-kabel op de gewenste lengte af.
2. Steek een uiteinde van de CATx-kabel door de kabelstripper tot aan de aanslag. Draai het gereedschap, terwijl u het samendrukt, ongeveer 90 graden (een kwartslag) rond de kabel om de kabelisolatie door te snijden.
3. Trek het gereedschap naar achteren (houd de kabel loodrecht op het gereedschap) om de isolatie te verwijderen en de 4 getwiste paren bloot te leggen.
4. Draai de draden los en spreid ze één voor één uit. Rangschik de draden volgens het juiste kleurschema. Let op: elke draad is ofwel effen van kleur, ofwel wit met een gekleurde streep (568A of 568B).
5. Leg de draden in de juiste volgorde plat en gebruik de ingebouwde draadknipper om ze gelijkmatig aan de bovenkant af te knippen. Het is het beste om de draden tot een lengte van ongeveer 1,25 cm (1/2 inch) af te knippen.
6. Houd de draden plat tussen duim en wijsvinger en steek ze in de RJ45-connector, zodat elke draad in een eigen sleuf zit. Duw de draad in de RJ45, zodat alle 8 geleiders de connector raken. De isolatiemantel moet voorbij het krimppunt van de RJ45 uitsteken.
7. Plaats de RJ45-connector in de krimptang, uitgelijnd met de gleuf in de bek, en knijp de tang stevig dicht.
8. De RJ45-connector moet stevig aan de CATx-isolatie worden gekrompen. Het is noodzakelijk dat het bedradingsschema aan beide uiteinden van de kabel exact hetzelfde is.
9. Door elke aansluiting te testen met een CAT5-draadtester (bijvoorbeeld de NTI PN TESTER-CABLE-CAT5, apart verkrijgbaar) weet u zeker dat de draadaansluitingen correct zijn gemaakt voor een probleemloos gebruik van de nieuwe kabel.
